Blog Knippie/verantwoord produceren/Ökotex/Hilco
Levering 800 meter satijn aan televisieprogramma "Manneke Paul" van Paul de Leeuw
Item in NOS Journaal over Knipmode waarin de Hilco Knipmode Special te zien is.
Dagblad de Limburger 25 februari 2020
Made by me: maak zelf je kleding (na)
Naaicursussen stromen vol met (jonge) mensen die zelf kleding willen maken. De enige goedkope arbeid die daaraan te pas komt, is die van henzelf. Met een beetje hulp is je eigen rok of jasje naaien helemaal geen lastige opgave.
Naaimachines staan in een lange rij opgesteld. In de aangrenzende ruimte zit een clubje van zes vrouwen te kletsen, een kop thee binnen handbereik. Stapels naaitijdschriften, patronen, lapjes stof en scharen liggen op tafel. Een strijkplank staat midden in het lokaal. In de verschillende kasten liggen grote klossen met alle soorten garen. Overal staan rekken en paspoppen vol zelfgemaakte kledingstukken, variërend van een eenvoudige cirkelrok tot een ingewikkelde winterjas met voering. Het is het naaiklasje van modevakopleiding HJS in Arnhem.
Karin Janssen (58) begon jaren geleden met twee collega’s de opleiding, bedoeld voor iedereen die wil leren naaien. Dat kan op elk niveau: van een wekelijkse cursus voor hobbyisten tot specialistische workshops waarin cursisten moeilijke technieken kunnen leren. „We merken dat zelf kleding maken populairder wordt”, zegt Janssen. „Onze cursussen zitten propvol. De gemiddelde leeftijd van onze cursisten daalt. Vroeger kregen we veel dertigers en veertigers op les, nu ook veel twintigers.”
De trend beperkt zich niet tot Arnhem. In diverse plaatsen zijn er nieuwe initiatieven, zoals Genaaid Amsterdam, waar vooral jonge mensen aan de slag gaan met patronen en stoffen en hun eindproduct laten zien op Instagram. Op internet tonen populaire vlogsters hun zelfmaakmode, zoals Annika Victoria (bijna 750.000 abonnees) en WithWendy (meer dan 930.000 abonnees).
Niets fijner dan kleding op maat
De meeste cursisten doen het voor de ontspanning en omdat ze graag creatief bezig zijn, merkt Janssen. „Met wat ervaring en technieken kun je van een idee in je hoofd iets maken dat je draagt. Het is veel werk, maar het eindresultaat is de moeite waard. Je krijgt een uniek kledingstuk. Bovendien kun je het perfect passend maken. Dat is vooral fijn voor mensen met een lastige maat.”
Saskia ter Welle (53), opgeleid in haute couture borduurtechnieken, kan dat volmondig beamen. Zij richtte in haar woonplaats Doesburg de Dutch Couture Academy op en geeft naailessen aan zowel professionals als hobbynaaiers. „Confectie wordt gemaakt voor de gemiddelde vrouw, maar die bestaat niet. Een vrouw die bijvoorbeeld 1,85 meter lang is, zal altijd last hebben van te korte broekspijpen en mouwen. Bij zelfgemaakte kleding heb je dat probleem nooit. Dan krijg je een kledingstuk dat echt goed past. Dat is het fijnste aan zelf kleding maken.”
Aan de slag
Patroonbladen zoals Burda, Knipmode of La Maison Victor leggen stap voor stap uit hoe je iets maakt. Via deze bladen kan je soms ook een pakket kopen met een patroon en stof. Hoe ga je te werk?
- Kies een model uit een blad met zelfmaakmode.
- Kijk welk stofadvies erbij staat. Kies altijd voor een stof die past bij het model, dan valt het kledingstuk zoals het bedoeld is. Stofverkopers kunnen hier goed bij adviseren, neem daarom het blad mee bij het uitzoeken van stof.
- Koop de hoeveelheid stof die je nodig hebt. Dat staat bij het patroon aangegeven.
- Koop ook de andere benodigdheden zoals garen, knopen, een rits of elastiek.
- Gebruik het patroon bij het knippen van de stof.
- Zet de stof met spelden vast op het patroon.
- Naai het kledingstuk volgens de beschrijving van het blad in elkaar. Vaak eerst het voor- en achterpand, dan de kraag, de mouwen, de manchetten en als laatste de knopen.
Kom je er niet direct uit, probeer het dan met het bekijken van online tutorials, of neem les.
Het is ook een uitkomst voor wie zich niet in het modebeeld kan vinden. „Je lievelingskleur, een model dat bij je past, het heeft enorme impact op hoe je je voelt.”
Eigen werk gaat lang mee
Kleding zelf maken is duurzaam, denkt Ter Welle. „Het zijn geen kledingstukken die je weggooit. Je doet er heel lang mee, want ze passen bij jou als persoon. Je hoeft geen kast vol te hangen, je maakt gewoon wat je nodig hebt. De meeste mensen dragen maar 20 procent van wat er in hun kast hangt. De rest hebben ze ooit in een opwelling gekocht. Bovendien kun je ook kleding vermaken. Van een oude spijkerbroek maak je bijvoorbeeld een leuke tas of een spannend korset.”
Bij kleding die je voor een paar euro kunt kopen bij de grote, goedkope winkelketens, betalen goedkope arbeidskrachten in India of Bangladesh de prijs. De arbeidsomstandigheden van textielmedewerkers aan de andere kant van de wereld zijn nog steeds vaak erbarmelijk. Als je zelf iets maakt, is de enige goedkope arbeid die eraan te pas komt die van jezelf.
„Sommige mensen hebben genoeg van massaproductie, de standaard kledingstukken en allemaal hetzelfde dragen”, merkt Ter Welle. „Juist in je kleding kun je individuele expressie laten zien. Zelf maken is een goede manier om daar vorm aan te geven. Veel van mijn cursisten geven zelf naailes en hun klasjes stromen vol met jonge meiden die dat cool vinden.”
Hoe begin je ermee?
Het is niet moeilijk om zelf kleding te maken, zegt Ter Welle. „Iedereen kan het leren, maar je moet er tijd in stoppen. Je kunt het beste beginnen met een simpel rokje of een bloesje zonder mouwen en van daaruit verder leren. In patroonbladen zoals de Burda, de Knipmode of de La Maison Victor wordt stap voor stap uitgelegd hoe je iets maakt. Ook zijn er veel fora op internet en filmpjes op YouTube: tutorials hoe je je machine moet instellen en op welke manier je kunt stikken. Als je niet verder komt, kun je op les gaan.”
In veel steden en dorpen is een cursus te vinden. De kosten verschillen per locatie, maar liggen meestal rond de twintig euro per les. Naailessen voor kinderen, die leren simpele kledingstukken of knuffels te maken, kosten circa vijftien euro. Leuke tutorials op internet zijn die van Knipmode, Bernina, Threads Magazine en Stitchless TV.
Katoen en wol zijn de fijnste stoffen om mee te beginnen. Janssen: „Die zijn niet zo lastig om mee te werken. Maak een simpel katoenen of wollen rokje. Daaraan is van alles toe te voegen. Zakken, ruches, een rits.”
Wat heb je aan spullen nodig?
Volgens Ter Welle heb je niet veel nodig om te beginnen. „In elk geval een eenvoudige naaimachine. Kies voor een zware machine van een goed merk. Zelf kocht ik dertig jaar geleden een Bernina naaimachine voor tweeduizend gulden. Dat was toen een enorm bedrag, maar hij doet het nog steeds. Bovendien: hoe simpeler, hoe makkelijker te repareren. Voor mijn lessen heb ik tweedehands Bernina’s gekocht van veertig jaar oud, die waren tussen de honderd en tweehonderd euro en doen het geweldig.”
Verder heb je een goede stofschaar nodig. „Gebruik die alleen om stof mee te knippen, want een botte schaar is heel vervelend. Dan nog wat spelden, een meetlint en kwalitatief goed garen. Dat pluist niet zo snel. Voor een bedrag van 150 tot 250 euro kun je alles in huis hebben om te beginnen.”
Wat ben je kwijt aan een kledingstuk?
Zelfgemaakte kleding is goedkoper dan kwalitatief goede en exclusieve kleding uit boetieks. Als je je eigen arbeid niet meetelt, is de stofprijs vrij bepalend voor de kosten. Je kunt het zo gek maken als je zelf wilt. Stoffen kun je op internet kopen, maar dan kan je ze niet zien en voelen. Lapjes van de markt zijn voordelig. In stoffenwinkels zijn stoffen duur, maar erg mooi. En met luxe stof en een patroon heb je nog steeds een uniek exemplaar voor weinig geld. Met zestig euro voor drieënhalve meter stof en wat garen, biaisband, een rits en knoopjes ben je voor zo’n tachtig euro klaar. Een simpel rokje maak je voor een tientje.
„Als je veel talent of ervaring hebt, kun je ook luxe kleding uit winkels namaken”, zegt Ter Welle. „Maar echte designstukken kun je niet kopiëren. Luxe designers hebben toegang tot materialen waar je als consument niet aan kunt komen. Ook zitten er vaak foefjes in een ontwerp, bedoeld om een kledingstuk beter te laten vallen. Voor een fractie van de prijs iets gelijkends maken kan natuurlijk wel.”